Energiehandelaren krijgen in Nederland meer ruimte om elektriciteit uit het buitenland te halen. Dit moet leiden tot minder prijsschommelingen en vooral tot lagere prijzen voor bedrijven en consumenten.
De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) heeft woensdag een goedkeuring gegeven aan de Nederlandse beurs voor energiecontracten, de APX-Endex, om zich te koppelen aan de energiebeurzen van Duitsland en Scandinavië. Hiermee wordt het voor handelaren eenvoudiger om bijvoorbeeld goedkope elektriciteit uit een Noorse waterkrachtcentrale af te nemen. Nu de goedkeuring er is, verwacht APX-Endex dat het vanaf 9 november mogelijk is om met Duitsland te handelen. Het gaat dan om de zogeheten ‘de dag vooruit’-handel. Bedrijven kopen dan vandaag de hoeveelheid stroom in die ze denken morgen nodig te hebben.
Delen energiemarkt
Het is niet voor het eerst dat Nederland een verregaande handel in energie aangaat. Sinds 2006 delen Nederland, België en Frankrijk al de energiemarkt. Als bijvoorbeeld België tijdelijk een tekort heeft, springen de Nederlandse centrales – tegen een marktconforme vergoeding – bij. Als Frankrijk daarna een overschot heeft, dan gaat de energie voor een lage prijs de markt op. Nederlandse energieproducenten kopen dan die stroom in en schroeven hun eigen (duurdere) productie terug.
Deze methode pakte de laatste jaren goed uit voor Nederland, stelt netbeheerder Tennet. ‘In het verleden lagen de prijzen in Nederland hoger dan omringende landen’, zegt een woordvoerder. ‘Maar ze zijn naar elkaar toe gekropen en liggen nu zelfs gelijk.’
Nieuwe verbindingen nodig
Wel zijn er meer hoogspanningskabels nodig om de stroom van land naar land te kunnen transporteren. Tennet bouwt daarom aan een vierde verbinding met Duitsland. Ook ligt er al een kabel tussen Noorwegen en Nederland, en volgt er volgend jaar een verbinding met Engeland.
Tegelijk zorgt de samenwerking voor meer concurrentie onder energieleveranciers. Nederlandse centrales krijgen mogelijk minder werk, omdat de stroom soms elders goedkoper is. Maar voor Energie Nederland, die onder andere de producenten Essent en Delta vertegenwoordigt, is dit geen probleem. ‘Er komt meer concurrentie’, zegt een woordvoerder. ‘Maar ook wordt de markt groter. We zien er dus juist voordelen in.’